Etruskische (bouw)kunst


In Midden-Italië liggen de kaarten heel anders. Daar woonden de Etruriërs (Etrusken), een volk van wiens oorsprong weinig of niets bekend is. De tijd van hun grootste machtsontplooiing valt in de achtste t/m de zesde eeuw voor Christus.

Een naburig volk, de Latijnen, minder kunstzinnig maar met groter machtsbewustzijn, wist in 281 v. Chr. de Etrusken aan zich te onderwerpen. Toscane was de hoofdstad van Etrurië, Rome van de Latijnen (het gebied van de Latijnen).

Vanuit Midden-Italië wisten de Latijnen hun macht gestadig uit te breiden: het wereldwijde Romeinse rijk wered opgebouwd, met Rome als steeds-in-aanzien-toenemende hoofstad.


1. Landkaart Midden-Italië in de 7e eeuw v. Chr. Afbeelding: Geschiedenis der bouwkunst 1963 - H. Sutterland - blz. 81.


Etruskische kunst ging - na de onderwerping van de Etruriërs door Rome - niet ten onder. Niet alleen in bouw-, beeldhouw- en schilderkunst muntten de Etrusken uit; hun bronsgietwerk getuigt van een meesterschap dat nog tot op de dag van vandaag erkenning vindt, en hun terracotta kunstwerken hebben in musea een ereplaats. De Etrusken kenden de gewelfbouw. 


2. Gewelf bij Perugia, Poort te Faleria, Grafmonument te Tarquinii.

Afbeelding: Geschiedenis der bouwkunst 1963 - H. Sutterland - blz. 82.


3. Rotsgraf bij Viterbo. Afbeelding: Geschiedenis der bouwkunst 1963 - H. Sutterland - blz. 83.


Hoe de Etruskische tempel er uitzag, is alleen bekend uit de geschriften van Vitruvius, een Romeins krijgsbouwkundige uit de tijd van Julius Caesar (gestorven 44 v. Chr.). Tijdens de regering van Augustus (gestorven 14 n. Chr.) schreef Vitruvius zijn tien boekenn over bouwkunst, waarvan slechts het 7e en een deel van het 10e zijn bewaard gebleven.

Bij de Etruskische tempelbouw kwamen twee plattegronden voor: die met een cella (naos) in het midden, als klein element onder een grote overkapping op kolommen; en die met een driedellige cella, met een overkapping die aan de voorzijde op kolommen was door-getrokken. Ook de opbouw toonde twee verschillende bouwwijzen: Het Griekse type op een stereobaat; en het latere, Romeinse: een kubistische opbouw met doorstekende zijwanden, tussen welke een hoge trap leidde naar een open voorgalerij. De onderbouw en cella waren van steen; de verdere opbouw was houtbouw met tamelijk grote afmetingen. De houtconstructie was zeer eenvoudig; onze tegenwoordige houtconstructies hebben eenzelfde karakter.

Bij de vormgeving van de kolom volgde men ook twee verschillende stijlen: men maakte de Toscaanse kolom, zoals we die later bij de Romeinen vinden; en de kolom, waarvan het kapiteel sterke overeenkomst toont met het Grieks-Dorische.


4. Houtconstructie van de Etruskische tempel. Afbeelding: Geschiedenis der bouwkunst 1963 - H. Sutterland - blz. 83.


5. Plattegrond en kolomem Etruskische tempel. Afbeelding: Geschiedenis der bouwkunst 1963 - H. Sutterland - blz. 84.


Geraadpleegde bron: Geschiedenis der Bouwkunst - blz. 81 t/m 84 - H. Sutterland - 1963 


Pagina toegevoegd: 4 juni 2025

Maak jouw eigen website met JouwWeb