Neo-expressionisme


Het neo-expressionisme is een moderne kunststroming binnen de schilderkunst van de 20e eeuw. Het ontstond eind jaren 1970 en kende zijn hoogtepunt halverwege de jaren 1980. Deze stroming zette zich af tegen het minimalisme en conceptualisme van de jaren zestig en zeventig en brak met het modernistische idee van constante vooruitgang in de kunst.[1] Hoewel de term minder vaak gebruikt wordt, vindt neo-expressionisme soms ook toepassing in de beeldhouwkunst (zoals bij Anish Kapoor) en architectuur (denk aan Frank Gehry en Dane John Utzon). Het meest opvallende kenmerk van deze stroming is de heropleving van de figuratieve kunst.

De jaren tachtig vormden de bloeiperiode van het neo-expressionisme, met prominente bewegingen zoals de Neue Wilden en de Italiaanse Transavantgarde.

De eerste succesvolle expositie die deze kunststroming in de schijnwerpers zette, vond plaats in 1980 in de galerie van Paul Maenz in Keulen. De tentoonstelling, getiteld Mülheimer Freiheit und interessante Bilder aus Deutschland, bracht kunstenaars zoals Walter Dahn, Jiri Georg Dokoupil en Albert Oehlen samen.

Terminologie

Andere benamingen voor stromingen die in dit artikel onder de term neo-expressionisme vallen, zijn onder andere: Heftige Malerei en Neue Wilde, waaronder de groep Mühlheimer Freiheit (Duitsland), Nieuwe Wilden (Nederland), Trans-avantgarde (Italië), Bad Painting, Maximalisme, Ugly Realists, Figuration Libre (Frankrijk) en New Image Painting. De term "neo-expressionisme" is niet zonder kritiek. Het suggereert een directe voortzetting van het expressionisme, terwijl de relatie vaak subtieler is. Soms beperkt de overeenkomst zich bijvoorbeeld enkel tot het gebruik van figuratie. Hetzelfde geldt voor de term "Neue Wilde," die verwijst naar de Fauves-beweging rond Henri Matisse, maar slechts in bepaalde aspecten verwant is.

Kenmerken

Het neo-expressionisme ontstond als een reactie tegen de strikte dogma's van de modernistische avant-garde. Deze avant-garde streefde naar een zuivere vorm van kunst, waarbij elementen zoals verhaal (want schilderkunst is geen literatuur) en perspectief (een schilderij is simpelweg verf op een plat vlak) werden uitgesloten. Kunst werd gereduceerd tot het puur schilderkundige. Neo-expressionisme brak met deze beperkingen en omarmde juist de elementen die eerder waren verworpen. Gedreven door een verlangen naar beelden en verbeelding, ontstonden werken die onstuimig en expressief waren – soms agressief, soms sensueel – en rijk aan figuratie, kleur en vorm.

Kenmerkend voor het neo-expressionisme, en in sterk contrast met het minimalisme, was de herintroductie van diverse elementen in de schilderkunst. Dit omvatte de herwaardering van het decoratieve, het gebruik van literaire verwijzingen, politiek engagement en het combineren van ‘hoge’ kunst met massa- of subcultuur, zoals graffiti, strips en etnische kunst. Daarnaast kenmerkte deze stroming zich door eclecticisme, een speelse omgang met ironie (vooral zichtbaar bij de Trans-avantgarde), provocatie en een bewuste zoektocht naar excentriciteit.

Galerie


1. Het bronzen beeld "Affentor I" (5 m hoog) van Jörg Immendorff op het centraal station van Bremen werd geplaatst ter gelegenheid van de Jörg Immendorff-tentoonstelling in Weserburg I (Kunst in de openbare ruimte - een programma van Bremen). Het werk werd begin maart 2012 uitgeleend door een particuliere verzamelaar en overgedragen aan het Museum der Moderne in Salzburg.

Datering: 31 augustus 2007. Foto: Jürgen Howaldt - nl.wikipedia.org - Licentiestatus: Jürgen Howaldt 


2. Per Kirkeby, Opera per Torino; Torino, largo Orbassano. Datering: 1 januari 2009.

Foto: Dimod61 - nl.wikipedia.org - Licentiestatus: CC BY-SA 3.0


3. Sculpture by Per Kirkeby in Rotterdam/The Netherlands. Datering: 22 juli 2007.

Foto: K. Siereveld - nl.wikipedia.org - Licentiestatus: Publiek domein


4. Beethovenmonument in Bonn. Datering: 16 oktober 2024. Foto: ГП - commons.wikimedia.org - 

Licentiestatus:  Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationaal 


5. A.R. Penck: Die himmlischen Stürze, Johannisberg, Wuppertal. Datering: 26 januari 2008.

Foto: Atamari - nl.wikipedia.org - Licentiestatus: CC BY-SA 3.0


  • Lijst van kunstenaars

Voorlopers

  • Philip Guston; Bottles, 1977 (Museum of contemporary art San Diego) [3]
  • Lucian Freud
  • Arnulf Rainer
  • Eric Fischl

Eerste generatie neo-expressionisten

  • Georg Baselitz
  • Jörg Immendorff
  • Anselm Kiefer
  • Bianca Vanwersch
  • Per Kirkeby
  • Markus Lüpertz
  • A. R. Penck; Standart, 1971 (Staatsgalerie Stuttgart)[4]
  • Susan Rothenberg; Untitled, 1974 (Artnet, gallery: Craig F. Starr Associates)[5]
  • Julian Schnabel

De Duitse Neue Wilde

  • Zie De Nieuwe Wilden voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Amerika

  • Jean-Michel Basquiat
  • Eric Fischl
  • David Salle

Vlaanderen

  • Fred Bervoets
  • Hugo Debaere

Trans-Avantgarde

  • Zie Transavanguardia Italiana voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Belangrijke tentoonstellingen

  • "A New Spirit in Painting" (Londen, Royal Academy of Arts, 1981)
  • "Zeitgeist" (Berlijn, Martin-Gropius-Bau, 1982)

Bronnen, noten en/of referenties

  • Honnef, Klaus (1990). Contemporary Art. Köln: Benedikt Taschen. ISBN 3-8228-0075-9.
  • Honour, Hugh & Fleming, John (1990). A world history of art, pp. 717-721. London: Lawrence King Ltd. ISBN 1-85669-005-9.
  1.  A world history of art, p. 717
  2.  Contemporary Art, p. 36.
  3.  [1]
  4.  [2]
  5.  [3]

Externe links/verwijzingen

Zie ook


Geraadpleegde bron: nl.wikipedia.org/wiki/Neo-expressionisme - 18 oktober 2024


Pagina bijgewerkt: 29 oktober 2025 - Foto nr. 5